
Als het elastiekje niet scheurt
Ik dacht: dit is het moment waarop ik knak.
Niet een beetje instorten. Maar echt, finaal breken.
Dat het zwart zou worden vanbinnen. Dat alles me zou overspoelen.
Toen ik Duvel moest laten inslapen – mijn kat, mijn maatje, mijn constante.
Mijn thuiskomer.
Er was geen drama. Geen schreeuw.
Wel een stilte die zwaarder voelde dan ik aan kon.
Want hoe ga je verder zonder iets dat altijd vanzelfsprekend was?
Zonder de zachte kopstoot tegen je been als je 's avonds thuis kwam?
Zonder haar verontwaardigde blik wanneer haar matras te veel bewoog?
Zonder de blik die je aankijkt en zegt: ik zie jou, ook als jij jezelf even niet ziet?
Ik dacht echt: ik ga nu vallen, en ik weet niet of ik nog weet hoe je opstaat.
Maar... dat gebeurde niet.
Het was rauw, het was leeg, het was stil – maar ik brak niet.
En ergens in die stilte begon het besef te dagen:
Wat zij altijd voor mij deed, dat rustpunt zijn, die zachte spiegel – dat mag ik ook zelf zijn.
Niet in één keer. Niet groots en overtuigend.
Maar in kleine gebaren.
In het stoppen met mezelf uitleggen.
In het zeggen: "Ik werk hier niet meer aan mee" – tegen een klant die maandenlang over mijn grenzen was gestampt.
In het durven rusten zonder schuldgevoel.
Ik dacht dat veerkracht was: niet breken.
Altijd doorgaan. Iets bezitten wat sterke mensen blijkbaar vanzelf hebben.
Maar ik heb geleerd: veerkracht is geen eigenschap.
Het is een proces. Een vaardigheid. Een terugweg naar jezelf.
En nee, het ziet er niet uit zoals in de boeken.
Er zijn geen 5 stappen, geen ochtendrituelen die je ziel helen, geen affirmaties die de rouw laten verdwijnen.
Er is alleen jij. En wat jij nodig hebt om niet te breken.
Of – als je wél breekt – om jezelf weer voorzichtig bij elkaar te rapen.
Voor mij was dat het beeld van het elastiekje.
Niet ijzersterk, maar rekbaar.
Niet strakgetrokken van wilskracht, maar veerkrachtig in zachtheid.
Je kunt ver strekken, maar je moet ook terug kunnen komen.
Niet per se naar wie je was, maar naar een plek waar je weer even kunt ademen.
En ik hoop dat jij dat ook weet.
Dat jouw veerkracht niet hoeft te lijken op die van anderen.
Dat je geen bewijs hoeft te leveren.
Dat je mag toegeven dat je moe bent, of bang. Of op.
En dat dát – dat toegeven – misschien wel de grootste kracht is die je in je hebt.
Dus als vandaag zwaar voelt: wees zacht.
Laat je elastiekje even in ruststand komen.
Leg jezelf niet uit. Leg jezelf neer.
En adem.
Dat is al veerkracht.