
Creativiteit kent geen vaste vorm
Ik heb mezelf nooit als een ‘creatief type’ gezien. Eerlijk gezegd voel ik me vaak eerder barbaars dan cultureel verfijnd.
Ik heb geen gevoel voor schilderkunst, geen geduld om te handletteren, en ik raak licht geïrriteerd van mensen die zeggen dat schilderen “zo mindful” is.
En toch… vind ik borduren leuk. En diamond painting. En kleding maken. En schrijven. En oh, brood bakken, dat was je vast nog niet opgevallen… Dingen waarvan ik vroeger dacht: dat doen alleen oma’s met een kop thee en een bloemetjesschort.
Als je me dit een paar jaar geleden had verteld, had ik waarschijnlijk iets gegrapt als: "ik ben nog te jong om te borduren, laat me even." Want ergens in mijn hoofd zat het idee dat creativiteit iets hips en vernieuwends moest zijn. Iets met verf, kunst, design of minstens een minimalistische Instagramfeed.
Tot ik merkte dat ik stiekem het meest ontspannen was wanneer ik zat te priegelen met draad, of met een perfect gerezen brood uit de oven kwam. En dat vond ik verwarrend, want dat voelde ineens te gewoon om creatief te zijn.
Het hardnekkige idee van 'echte' creativiteit
We hebben creativiteit veel te lang in een hokje gestopt.
Alsof het alleen telt als je iets maakt wat anderen mooi vinden. Alsof het pas “creatief” is als het op een podium, een canvas of in een tijdschrift belandt.
Maar de werkelijkheid is veel simpeler — en eerlijk gezegd ook veel leuker.
Creativiteit is het vermogen om iets nieuws te doen met wat er al is. Punt.
En misschien nog belangrijker: creativiteit is iets maken wat er daarvoor nog niet was — al is het maar een andere manier van aanpakken, denken of combineren.
Dat kan een gerecht zijn dat nog niet bestond, een oplossing die je zelf bedacht hebt of een kledingstuk dat alleen jij ooit zou dragen.
Elke keer dat je een maaltijd in elkaar flanst met wat restjes uit de koelkast, ben je creatief.
Elke keer dat je een probleem oplost, een kast opnieuw indeelt of een playlist maakt die precies goed voelt, gebruik je hetzelfde stuk brein als een kunstenaar in zijn atelier.
Er bestaat zelfs een term voor: alledaagse creativiteit.
Psycholoog Ruth Richards beschreef het als de creatieve houding die we toepassen in gewone situaties — het improviseren, combineren, bedenken, aanpassen.
Het gaat niet om het eindresultaat, maar om de mentale lenigheid die je gebruikt om iets nieuws te proberen.
Wat wetenschap erover zegt
Breinonderzoek laat zien dat creativiteit niet in één hersengebied zit, maar ontstaat doordat verschillende netwerken met elkaar samenwerken.
Dat betekent dat je brein letterlijk nieuwe verbindingen maakt wanneer je iets op een andere manier probeert.
En dat hoeft dus niet groot of indrukwekkend te zijn.
Onderzoek laat herhaaldelijk zien dat mensen die regelmatig kleine creatieve dingen doen — koken, schrijven, knutselen, plannen — zich op termijn gelukkiger, rustiger en meer in balans voelen.
Niet omdat ze beter werden, maar omdat ze bezig waren zonder druk om te presteren.
Het proces is het punt.
Mijn omslagmoment
Na mijn recente depressieve periode lag een borduurwerk dat ik ooit voor een vriendin begon, al maanden stil.
Eigenlijk jaren: twee jaar heb ik erover gedaan, terwijl ik het in een half jaar had kunnen afmaken.
Op een dag pakte ik het toch weer op. Niet met een groot plan, maar omdat ik iets nodig had om mijn handen bezig te houden.
Ik borduurde wat, legde het weer weg, en ging door met andere dingen.
En pas toen — niet tijdens het borduren, maar toen ik het neerlegde — merkte ik iets op: rust.
Eerst schreef ik het toe aan het weer, de muziek of die perfecte kop thee.
Maar na drie weekenden waarin ik bewust meer creativiteit toepaste — borduren, breien, brood bakken — voelde ik diezelfde kalmte keer op keer terugkomen.
Toen viel het kwartje: het was het doen zelf dat werkte.
Niet het resultaat. Niet de external validation.
Maar de beweging, de focus, het spelen met iets dat geen prestatie-eis heeft.
Creativiteit bleek geen luxe of talent. Het was een manier om weer verbinding te maken met mezelf.
Creativiteit als zachte zelfzorg
Dus laat die schilderkwasten maar liggen als ze je niks zeggen.
Misschien is jouw creatieve vorm een nieuwe soep uitproberen, een kast reorganiseren of een playlist maken die voelt als lente.
Je hoeft niet te creëren om indruk te maken.
Je mag creëren omdat het iets in jou in beweging zet.
Ga vandaag eens op zoek naar iets wat je handen bezig houdt en je hoofd even stil laat vallen.
Want dat is óók creativiteit — misschien wel de vorm die we het hardst nodig hebben.
Mini-stappenplan: je creatieve kant (her)ontdekken — voor volwassenen
Geen kinderherinneringen nodig. Geen nostalgische prompts. Gewoon praktisch en eerlijk:
- Kijk waar je aandacht ongemerkt naartoe glijdt.
Let een week op: waar verlies je de tijd zonder ergernis? Wat doe je puur omdat het fijn voelt? Dat zijn goeie aanwijzingen.
- Probeer de irritatie-test.
Als iets je irriteert (bijvoorbeeld: “wat een suf borduurwerk”), vraag: waarom voel ik zo? Vaak zit er een onderstroom van nieuwsgierigheid of weerstand die juist een ingang is.
- Reserveer 2 blokken van 45 minuten.
Geen taaklijst, geen doel. Alleen doen. Kies iets kleins: een recept, een draad, een zin, een kast. Geen druk = laagdrempelig.
- Herhaal en observeer het effect.
Doe het twee weekenden achter elkaar. Noteer hoe je je voelt voordat en nadat (energieniveau, rust, stemming). Kijk of het terugkomt.
- Schrap het oordeel vóór het resultaat.
Zeg tegen jezelf: “Ik ga dit doen om te voelen, niet om te presteren.” Dat verandert alles.
Vertel me: wat ga jij deze week maken, doen of uitproberen dat niet perfect hoeft te zijn — maar gewoon leuk, nieuw of lekker zinloos voelt?
Creativiteit is misschien wel de meest onderschatte vorm van zelfzorg.